Tijdens de afsluitende plenaire bijeenkomst van ons programma Identiteit Werk Relevantie zei een van de deelnemers: “We zijn deze dagen intensief met onszelf bezig geweest, maar als je ziet wat er gebeurt in de wereld en in Oekraïne, dan wordt het toch allemaal heel relatief”.
Gevoelige snaar
De opmerking raakte bij mij een gevoelige snaar. Als de wereld in brand staat zoals nu wat is dan de betekenis van de manier waarop wij met persoonlijke vraagstukken bezig zijn? Ik voelde zowel schuld als weerstand in mezelf en er schoten allerlei gedachten door mijn hoofd, maar een zinnetje drong zich op: ‘Alles van waarde is weerloos’ een zin uit het gedicht ‘De zeer oude zingt:’ van Lucebert.
Deze zin verwijst naar wat klein en kwetsbaar is en hoe dat het meest waardevolle is in relaties. ‘Er is niet meer bij weinig – noch is er minder’…..’Wordt van aanraakbaarheid rijk’, lezen we in hetzelfde gedicht. We kunnen deze woorden interpreteren als een pleidooi voor de rijkdom van de beperking en het vermogen je te laten raken door andere mensen. Je te laten aanraken in je ‘persoonsdeel’: in wie je bent. En hoewel dat misschien paradoxaal klinkt vereist die bereidheid, die houding van kwetsbaarheid, beperking of onvolmaaktheid, meer moed dan het streven naar perfectie of het verkondigen van jouw waarheid.
Imperfectie als brandstof
Tijdens het werken in mijn rol als consultant zijn er momenten waarop ik geconfronteerd word met mijn eigen onvolmaaktheden, juist als ik goed werk wil leveren en veiligheid wil bieden voor deelnemers. Ik voel dan mijn angst en spanning door het bewustzijn op mijzelf, mijn kritische houding ten opzichte van mijn gedrag en werk en ik krijg de neiging om mijn ‘ongewenste’ gedrag te verbergen. En alhoewel ik niet graag het woord kwetsbaarheid gebruik, zie ik hoe mijn neiging het gedrag waarover ik zelf kritisch ben te verbergen mij mezelf kwetsbaar laat voelen: kwetsbaar voor oordelen en kritiek met als ultiem gevolg daarvan de angst voor afwijzing en uitsluiting. Ik heb interne moed nodig om mijn acties zonder (zelf)oordeel, schuldgevoel of schaamte zichtbaar te maken. Door te brengen wat er is ervaar ik dat ik meer verantwoordelijkheid kan nemen voor wie ik ben, wat ik doe en wat dat betekent. En daarmee draag ik, juist met mijn onvolmaaktheden, bij aan inzichten over de dynamieken die er zijn in het systeem en dat draagt weer bij aan de kans voor de groep, deelnemers en mijzelf om te leren.
Er is niet meer bij weinig
Mij helpt dat andere zinnetje uit het gedicht van Lucebert: er is niet meer bij weinig – noch is er minder. Het idee dat er meer zou moeten zijn dan er is en dat ik mogelijk schuld draag of tekort schiet als er weinig is. Dat ik niet heb voldaan aan de onbewuste regel die ik mijzelf opleg. De irreële regel dat ik meer moet zijn dan ik ben: eerlijker, intelligenter of groter. Ik vind troost en vertrouwen in die zin van Lucebert: er is niet meer bij het weinige dat ik doe, noch is er minder. Dat zijn de kaders waarbinnen ik geef wat ik heb: het goede en het onvolmaakte als brandstof voor groei.
En de goede plek daarvoor is het hier en nu. Want Lucebert schrijft ook: “als het hart van de tijd” (en dat twee keer). Hierin klinkt voor mij het belang van het hier en nu door, als het enige waarin echt zichtbaar wordt dat er is wat er is. “eerst als het is is het ernst”.
Had Poetin maar meegedaan
Na de uitspraak van de deelnemer die ik in het begin van deze blog aanhaal kwam er een gedachte bij mij op die ik eerst niet durfde uit te spreken. Maar na een korte overweging dacht ik: het is riskant, maar het kan. Dus ik zei: “Zonder iets te willen afdoen aan het afschuwelijke van de oorlog in Oekraïne, denk ik ook: had Poetin maar meegedaan met dit programma. Misschien zag de wereld er dan anders uit”. Een riskante opmerking, ik weet het, alsof wij hier de oplossing voor de wereldproblemen hebben.
Maar de wens dat onze leiders (van landen, organisaties of programma’s) en volgers (burgers, werknemers en deelnemers) kunnen zien dat het kleine en kwetsbare het meest waardevolle is dat we kunnen aangaan in relaties. En dat we vooral in het hier en nu meer zicht krijgen op dat kleine en kwetsbare, ook via onze onvolmaakte, competitieve, ijdele en soms nare kanten, is behulpzaam om de eigen rol in de wereld, organisaties, programma’s of relaties beter te begrijpen.
Ik geloof dat de wereld daar beter van wordt.
Fotografie: Herman van Ommen/ Arnhem
De zeer oude zingt:
er is niet meer bij weinig
noch is er minder
nog is onzeker wat er was
wat wordt wordt willoos
eerst als het is is het ernst
het herinnert zich heilloos
en blijft ijlings
alles van waarde is weerloos
wordt van aanraakbaarheid rijk
en aan alles gelijk
als het hart van de tijd
als het hart van de tijd
Lucebert