Skip to main content

“Als je met pensioen bent, dan ben je af.”
Ik loop met mijn vriend in het park en hij moet er zelf smakelijk om lachen als hij dit zegt. Enigszins uitdagend vroeg hij mij eerst of ik nog zo lekker druk aan het werk ben. Ik vertelde hem dat ik gelukkig druk ben en veel werk heb liggen en vraag aan hem hoe het met hem is en hoe zijn leven als gepensioneerde hem bevalt als hij dit antwoord.
Ik kijk hem verbaasd aan. Wat zeg je nou toch. Je zegt nogal wat.” 
Ja”, grapt hij verder, “denk daar maar eens over na, mannetje”.
En dan, verder lopend in het park, verdwijnt het onderwerp weer, komt er iemand anders bijlopen en is er geen tijd meer om gedachten en ideeën hierover verder met elkaar uit te werken.

Toch blijft het zinnetje me bij. Ik word zelf dit jaar 65 en dat is een leeftijd die al mijn hele leven is verbonden aan stoppen met werken. De realiteit is nu anders, maar de koppeling in mijn hoofd is er nog steeds. Ben ik dan af? Wat betekent dat eigenlijk? Het roept twee associaties bij me op.

De eerste associatie bij het zinnetje dan ben je af, zijn de tikspelletjes die ik speelde als kind. Als je getikt werd, dan was je af. Dan mocht je niet meer meedoen en moest je aan de kant zitten. Ik vond het altijd verschrikkelijk om ‘af’ te zijn en mogelijk ligt daar een van de bronnen van het fanatisme waarmee ik altijd meedeed met spelletjes en hoe ik mijn uiterste best deed zo lang mogelijk in het spel te blijven. Soms lijkt het er in het leven wel op dat je op een bepaalde leeftijd niet meer mee mag doen. In sommige bedrijven moet je met pensioen, ook al zou je willen doorwerken. Maar ook de term ‘over je graf regeren’ wordt regelmatig gebruikt als ouderen nog hun kennis of ervaring willen delen, nadat ze met pensioen zijn. Hoe zie ik dit voor mezelf? Wil ik op deze manier straks ‘af’ zijn? En wat kan ik nog bijdragen en doen?

Een tweede gedachte over het zinnetje, dan ben je af, is dat het werk af is, het kozijn geschilderd, de stoep geveegd, de tuin op orde. Het is netjes zo en klaar. Blijkbaar kan je ook als mens af zijn: klaar, goed genoeg. En mogelijk is er het idee dat je af bent als je met pensioen gaat. Je staat aan de kant, je doet niet meer mee en je hoeft jezelf niet meer te ontwikkelen, te transformeren of te groeien. In ons werk spreken we vaak over ‘goed genoeg’ en niet perfect. Goed genoeg zijn is het inzicht dat het niet perfect is of dat er zelfs dingen niet goed zijn. En de bereidheid daarmee te leven en de pijn van het imperfecte te verdragen. Is goed genoeg dan hetzelfde als af zijn?

Ik voel mezelf nog helemaal niet af, terwijl er wel veel dingen zijn die ik bij mezelf zie als goed genoeg, waarbij ik duidelijk oog houd voor wat daarin ontbreekt of soms zelfs niet goed is. En wil ik eigenlijk wel af zijn, in de zin van ‘klaar’? Of komt er druk van mijn omgeving dat ik ‘af’ ben en dat ik alleen nog tevreden met mezelf thuis mag zitten?

Mijn vriend houdt erg van tuinieren. En hij weet er ook heel veel van. Toch altijd is er weer wat nieuws te leren, dat vertelt hij ook regelmatig. Als hij weer wat nieuws heeft ontdekt of uitprobeert. Of als hij, ondanks het feit dat hij alles deed zoals het hoorde, er toch iets niet goed groeit. Altijd weer puzzelen om de vraag wat zou er spelen. Voor mij is hij een vat vol kennis. Zeker niet af, wel goed genoeg. En fijn dat die kennis er is.

NieuweKaders werkt aan een programma waarin identiteit, ouderdom en relevantie kan worden onderzocht. Hoe blijf je relevant, ook op later leeftijd, ook als je met pensioen gaat.

Wil je op kortere termijn, of je nu aan het einde van je loopbaan of juist aan het begin of ergens middenin staat, werken met een vraag over wat jij wilt en hoe je kunt bijdragen. Doe dan mee aan ons dagprogramma Rol & Ambitie op 13 juni.